Softijs komt maar niet van de grond in België

In tegenstelling tot Nederland en de rest van de wereld, komt softijs in België maar niet van de grond. Producent Carpigiani meldt dat het aantal softijsmachines sinds de jaren '90 zelfs met 80 procent is gedaald.

De dalende populariteit van softijs in België heeft te maken met negatieve berichtgeving, een associatie met slechte hygiëne en met cultuur, zegt softijsmachineproducent Carpigiani Benelux.

Moderne softijsmachines

Volgens de producent voldoet de huidige generatie softijsmachines aan de Hygiënecode voor ijsbereiding en hebben de machines een pasteurisatiefunctie die alle mogelijke bacteriën doodt. Toch is er in België een bepaalde angst voor softijs , zegt manager Stefan de Vroede van Carpigiani. ‘De media schrijft dat softijs gevaarlijk is. En dat is een probleem. Het kan zijn dat het bij gevallen van besmetting om verouderde machines gaat.’

Kennis en kunde

Ook op het gebied van kennis en kunde valt er nog wel wat te winnen, zegt De Vroede. ‘Dat is wel groeiende. Dat komt ook door deelname aan ijswedstrijden, wat in Nederland al veel langer gebeurt. Daarnaast bieden producenten begeleiding en allerlei cursussen aan ondernemers.’

Snoepwinkels en bakkerijen

Daar komt bij dat de Belgische softijsmarkt een stuk kleiner en kwetsbaarder is dan de Nederlandse. ‘In Nederland kom je het in bijna iedere cafetaria tegen’, weet De Vroede. ‘Dat zie je in België niet. Enkel aan de kost, meestal in snoepwinkels, bakkerijen. Af en toe in een snackbar of ijssalon. Het is echt een cultuurverschil, terwijl we buurlanden zijn en dezelfde taal spreken. Het vreemd is dat Belgen wel softijs wel eten bij fastfoodketens, in pretparken en winkels als Ikea.’

Tussen 1990 en 2000 had Carpigiani in België ongeveer 1250 softijsmachines staat. Op dit moment is dat aantal gedaald tot 150 à 200 machines; een daling van meer dan 80 procent. Ter vergelijking: in Nederland staan 4.500 tot 5000 softijsmachines van de producent.

Puur cultuur

Volgens Fred Zorge van Win Equipment, producent van NISSEI-softijsmachines in Bunschoten, heeft het puur met cultuur te maken. ‘Die verhalen over besmetting komen echt uit de oude doos. Machines zijn tegenwoordig allemaal uitgerust met pasteurisatie. Bij ons is softijs gewoon een delicatesse, en in Nederland worden er nu eenmaal meer zuivelproducten gegeten. 98 procent van de cafetaria’s in Nederland verkoopt softijs. Wij doen wel zaken in België, maar dat is 5 tot 10 procent van het totaal.’

Communicatie

Zorge ziet nog voldoende kansen voor groei in Nederland, zo liet hij eerder in Snackkoerier weten. ‘Communicatie is alles. Men vraagt vaak: wil je een ijsje van €1 of van €1,50? Automatisch kiest men dan de voordeligste. Stel de vraag anders: wil je een klein, normaal of groot ijsje? Men kiest dan altijd de middelste, echt waar.’

Meer diversiteit

Dupon, maker van softijsmachines in Heeze, is positiever over de Belgische markt. ‘Lange tijd is softijs in België negatief bestempeld. De laatste jaren zien we echter een trend dat steeds meer diversiteit in ijs in België gevraagd wordt, waaronder ook softijs’, zegt Peter Loots van Dupon.

‘Met name softijs in de grote steden, bij leisureparken en de kuststreek. Door nieuwe technische ontwikkelingen in apparatuur is hygiëne geen issue meer. Door pasteurisatie- en sterilisatie-processen is de hygiëne veel beter gewaarborgd. De beleving en het aanbieden van diverse ijsconcepten, zoals toppings en crunches, wordt door de consument zeer gewaardeerd.’