De komst van een zeer duurzaam hotel naar de locatie werd al in 2014 aangekondigd. Welk merk InterContinental Hotel Group (IHG) er aan wilde verbinden, was toen nog niet bekend. Inmiddels wel: dat wordt QO.
Het gebouw van 22 verdiepingen moet één van de meest duurzame van Europa worden, voorzien van een platinum - het hoogst haalbare - LEED-certificaat. In het pand zijn allerlei slimmigheden verwerkt. Zo worden de ramen voorzien van aluminium panelen aan de buitenzijde, die met een druk op de knop voor de ramen schuiven. Deze zorgen, als de gast weg is, dat de kamer op zomerse dagen koel blijft en op koude dagen warm. Door de extra isolatie is veel minder energie nodig voor airconditioning of verwarming.
Het systeem, waarbij de gevel zo een actieve rol heeft bij het beheersen van het binnenklimaat, is een 25 jaar oud idee van architect Paul de Ruiter die het gebouw tekende. 'Dit was ooit het onderwerp van mijn promotieonderzoek naar klimaatactieve gevels: The Chameleon Skin', zei hij tegen Duurzaamgebouwd.nl.
Chameleon Skin
De Chameleon Skin is aangesloten op het gebouwbeheersysteem, dat op zijn beurt weer verbonden is met het hotelmanagementsysteem. Zo kan de gevel direct reageren als een gast zijn kamer verlaat. Dankzij de gevel bespaart het hotel naar verwachting 65 procent op de warmtevoorziening, tot 90 procent op de koeling en 50 procent op ventilatie.
Het hele duurzaamheidsconcept is uitgewerkt in samenwerking met Mulderblauw Architecten en ingenieurs- en adviesbureau Arup. Ook zijn alle cirkels – CO2, afval, water en energie – gesloten. Hiervoor zijn we een warmte-koude opslag, een bio-warmtekrachtinstallatie en een warmtepomp geïnstalleerd. Het hotel is verplicht aangesloten op stadsverwarming. Dat is op zich duurzaam, maar de ontwerpers hadden het liever niet gehad. 'We maken een zelfvoorzienend hotel.'
Kas
Bij deze gesloten cirkels speelt de stadskas in de bovenste etage van het hotel een belangrijke rol. Zo nemen planten in deze kas CO2 op uit de lucht en dient groen keukenafval uit het restaurant als compost. De kas maakt gebruik van nieuwe technologieën om groente en fruit te verbouwen en vissen te kweken. Bijvoorbeeld een gelaagd, ijzervrij glazen dak, dat beschikt over een folie dat een kleurenspectrum en UV doorlaat. Dat is nodig voor de groei van groenten en fruit, die het hotelrestaurant vervolgens verwerkt in gerechten.
Leestip: Alles over duurzaamheid
In de toekomst kan ook nog een bio-vergister worden geïnstalleerd, die organisch afval van de kas en het hotel tot biogas verwerkt. Dat gas kan dan voor de verwarming van het hotel dienen. 'Daarnaast kunnen we toilet-, huishoud- en douchewater gebruiken, via een biovergister. Zo speelt de kas een cruciale rol in het zelfvoorzienend maken van het hotel', zegt De Ruiter.
Beton uit Shell-toren
In de bouw van het hotel is 5000 ton gerecycled beton gebruikt uit de oude Shell-toren, waar intussen onder meer Sir Adam Hotel in huist. Installatieadviesbureau JP van Eesteren is bij beide projecten betrokken en legde zo de link. In al het prefab verticale beton van QO zit 26 procent hergebruikt beton uit Amsterdam-Noord, in de vloerdelen zelfs 43 procent.
Zelfs al tijdens de bouw wordt de CO2-uitstoot in de gaten gehouden. Zo wordt veel gebruik gemaakt van prefab, zodat er op de locatie minder los materiaal aan- en minder bouwafval afgevoerd hoeft te worden. 'Minder vrachtverkeer is minder overlast en minder CO2-uitstoot', zegt De Ruiter.
Meer duurzame hotels in Amsterdam
Naast QO verrijzen in Amsterdam nóg twee hotels die een forse duurzaamheidsclaim leggen: het aan WestCord van Harry Westers gegunde hotel op Java-eiland, en een door een wetenschapper ontwikkeld klimaatneutraal hotel waar inmiddels ook een hotelexploitant voor is gevonden. Aan beiden wordt momenteel ook gebouwd.