Sectoren die een jaar geleden flink minder omzetten, leken net weer terug te krabbelen naar het niveau van voor de pandemie toen er nieuwe maatregelen werden ingevoerd om de opmars van de nieuwe coronavariant omikron tegen te gaan. Tel hierbij de snel stijgende grondstof- en energieprijzen, wat een opwaarts effect heeft op de inkoop- en afzetprijzen, en de druk op ondernemers is compleet, zo meldt ABN Amro.
Groei horeca
De leisure-sector, waartoe onder meer restaurants, hotels en reisorganisaties behoren, groeit dit jaar naar verwachting met 30 procent ten opzichte van 2020 en volgend jaar met 35 procent ten opzichte van 2021.
Dit lijkt hoog, maar het is minder dan de 40 procent voor beide jaren die eerder was verwacht. Bovendien komt de sector hiermee in 2022 nog altijd niet terug op het niveau van 2019, het jaar voordat de pandemie uitbrak.
Omzetverlies bij sluiting om 17.00 uur
Het vervroegen van de sluitingstijden naar 17.00 uur werd bijvoorbeeld door veel ondernemers creatief opgevangen. Zo stapte de horeca over op lunches en dunches (combinatie van een lunch en een diner) en werd er weer volop bezorgd. Dat kon echter niet voorkomen dat deze gedeeltelijke lockdown de omzet van horecaondernemers fors raakte.
In de eerste week van de avondsluiting is te zien dat de consumentenbestedingen bij restaurants en cafetaria’s met bijna 50 procent afnamen ten opzichte van diezelfde week in 2019.
Omikron
Nu de maatregelen zijn aangescherpt, zoals vorig jaar ook rond deze tijd ook is gebeurd, heeft dat nog meer effect. De verwachting is dat niet alleen de branches die worden gesloten geraakt worden zoals de horeca, de winkels en de evenementen, maar ook branches en sectoren die hieraan nauw verbonden zijn.
Zo kunnen uitzendbedrijven minder personeel leveren aan de direct door maatregelen getroffen sectoren, heeft het personenvervoer minder klandizie omdat hun klanten thuis blijven en krijgt de grafische industrie minder verzoeken voor drukwerk.
Omzetverlies per week in lockdown
Tijdens de lockdown van vorig jaar namen de bestedingen van klanten van ABN AMRO in restaurants af met 55 procent in de kerstweek ten opzichte van dezelfde week in 2019; voor cafés was dit zelfs 72 procent. Maaltijdbezorging profiteerde en zag de bestedingen toenemen met 41 procent. Als de lockdown na 14 januari 2022 wordt voorgezet dan wordt de omzetuitval van de horeca nog groter.
Tijdens de lockdown in het eerste kwartaal van 2021 zette de horeca met ruim 2 miljard euro ruim de helft minder om dan in het eerste kwartaal van 2019, het laatste jaar voor corona uitbrak. Per week betekent dit voor de horeca een omzetuitval van circa 200 miljoen euro.
Verlies voor hotels
Ook hotels in Amsterdam gericht op de buitenlandse toerist en/of zakelijke reiziger zien hun omzetten niet snel herstellen. Hoewel Nederlanders vaker in eigen land op vakantie gaan tijdens de coronapandemie, verblijven ze veelal in vakantieparken en campings. Bovendien heeft het wegblijven van buitenlandse toeristen niet alleen een negatief effect op hotels maar ook op onder meer musea en restaurants.
Inhaalvraag in 2022
Het niveau van de consumentenbestedingen ligt dit jaar nog onder het niveau van 2019 en er is relatief veel gespaard tijdens de coronapandemie. Deze combinatie maakt dat er ruimte is voor inhaalvraag in 2022. Afgelopen jaar heeft bovendien laten zien dat bestedingen in de horeca snel toenemen zodra maatregelen worden opgeheven.
Ondanks deze positieve verwachtingen rondom de veerkracht van consumentenbestedingen zijn er echter ook veel onzekerheden voor de leisure-sector. Zo kampt de sector met personeelstekorten en schulden.
Personeelstekorten
Horecaondernemingen zijn naarstig op zoek naar personeel. Aan het eind van het derde kwartaal van 2021 heeft de branche 83 vacatures per 1000 banen openstaan. Dit is bijna het dubbele van de vacaturegraad van alle economische activiteiten. Bovendien ligt de vacaturegraad in de horeca fors hoger dan in 2019.
De concurrentie met andere sectoren om personeel is daarbij de grootste hindernis om vacatures te vervullen, blijkt uit gegevens van het CBS. Van de ondernemers in de horeca heeft 44 procent angst dat werkzoekenden kiezen voor andere bedrijfstakken. Zo kunnen jongeren tegen een hoger salaris werken bij locaties van de GGD, waar de werktijden bovendien regelmatiger zijn.
Uitstroom horecapersoneel
ABN AMRO vreest dat de harde lockdown de uitstroom van gekwalificeerd horecapersoneel zal versnellen de komende weken. Dit terwijl deze na de lockdown weer zo hard nodig zullen zijn. Het probleem van de personeelstekorten is niet zomaar opgelost en kan een serieuze rem vormen op herstel van de branche. Ook voor de coronacrisis had de horeca te maken met een groot verloop van personeel. Hierdoor werd de branche geconfronteerd met hoge kosten en een toename van het structurele tekort.
Schulden
Veel ondernemingen hebben baat gehad bij steunregelingen van de overheid zoals de NOW en TVL. Het aantal faillissementen en opheffingen is relatief laag. Hoewel de overheid deze steun ook voor de huidige lockdown heeft toegezegd, mogelijk tot en met het eerste kwartaal van 2022, hebben veel leisure-ondernemingen flinke schulden opgebouwd.
Aan de belastingdienst, banken en verhuurders moeten nog aanzienlijke bedragen worden terugbetaald. Zo is de belastingschuld van horecaondernemingen op 31 augustus 2021 opgelopen tot 1.285 miljoen euro. 12 procent van de horecaondernemers heeft aangegeven een huurschuld te hebben. De terugbetaling drukt de mogelijkheden om te investeren in medewerkers, digitalisering en vernieuwing.
Leveranciers
Leveranciers die zich concentreren op restaurants of drankenproducenten worden ook hard getroffen door de lockdown en het advies om een maximaal aantal mensen thuis te ontvangen. Minder etentjes of feestjes in horeca of in eigen huis hebben namelijk negatieve gevolgen voor de drankafname.
Hoewel de coronamaatregelen zeker gevolgen hebben op de bedrijven in de foodsector zal 2022 vooral in het teken staan van hogere kosten voor groothandelaren en fabrikanten in de food.
Hogere kosten
Op verschillende vlakken heeft de foodsector al te maken met hogere kosten. Allereerst zijn de energieprijzen flink toegenomen. Zowel de gas- als elektriciteitsprijzen zijn hoog en normaliseren naar verwachting pas na 2023. De voedingsmiddelenindustrie maakt voor verwarming, koeling en verwerking gebruik van zowel gas, als elektriciteit. Dit zorgt voor hogere kosten.