Heineken verkocht in de eerste maanden van het jaar 50,3 miljoen hectoliter bier. Dat was iets minder dan de 51,6 miljoen hectoliter bier die in het eerste kwart van 2020 werd verkocht, toen de horecasluitingen ook al de verkopen van de bierbrouwer drukten. In vergelijking met 2019 werd 2,1 procent minder bier verkocht.
Miljoenen aan huur kwijtgescholden
In Nederland zette Heineken ruim 20 procent minder bier af. In de horeca was sprake van een daling met 80 procent. Een deel van dat omzetverlies werd goedgemaakt door de verkopen in de detailhandel.
Volgens topman Dolf van den Brink was de start van het jaar evenwel solide. Hij wijst erop dat er in Afrika en het Midden-Oosten sprake was van sterke groei. Daarnaast werd in Azië, het Pacifisch gebied en Noord- en Zuid-Amerika een bescheiden groei gerealiseerd. In Europa lagen de biervolumes bijna 10 procent onder het niveau van het eerste kwart van 2020.
Het merk Heineken werd bijna 12 procent meer verkocht. Daarbij was in tientallen landen sprake van een dubbelcijferige groei, mogelijk ook door het succes van de 0.0-variant. Om de horeca bij te staan in crisistijd heeft Heineken voor miljoenen aan huurschulden kwijtgescholden. In het Verenigd Koninkrijk alleen al ging het bijvoorbeeld om 19 miljoen euro.
Heineken sloot het kwartaal af met een winst van 168 miljoen euro. Dat was in dezelfde periode een jaar eerder nog 94 miljoen euro. Het eerste kwartaal van 2019 bleef er onder de streep nog 299 miljoen euro over. Heineken gaat er nog altijd vanuit dat de situatie geleidelijk aan zal verbeteren. Een en andere hangt wel af van de vaccinatiesnelheid tegen het coronavirus.