In maart 2021 heeft de rechtbank Amsterdam voor het eerste een vaste formule geïntroduceerd voor het berekenen van huurkortingen. Als huurders hun omzetdaling in kaart kunnen brengen vergeleken met het jaar daarvoor, dan kunnen zij bij hun verhuurder aankloppen vanwege het recht op huurkorting.
'We merken dat ondernemers vaak niet weten of ze in aanmerking voor huurkorting komen', vertelt Daphne van Luijk, jurist Huurrecht bij ARAG. 'Hierdoor kunnen ze duizenden euro’s mislopen waar ze wel recht op hebben.' De rechter kan aan het wijzigen van de huurovereenkomst bovendien terugwerkende kracht verbinden. Dat betekent dat ook nu nog de huursom vanaf maart 2020 gedeeld kan worden tussen huurder en verhuurder door de formule van de Hoge Raad toe te passen, als de verhuurder al die tijd niets wilde betekenen daarin voor de huurder.
Einde aan onduidelijkheid
'Sinds het uitbreken van de coronacrisis zijn er al meerdere rechterlijke uitspraken gedaan over huurkorting', zegt Van Luijk. 'Met iedere uitspraak kwam ook telkens weer een nieuwe formule om de huurkorting te berekenen. Dat zorgde in de praktijk vaak voor verwarring. De uitspraak van de Hoge Raad in december gaf eindelijk duidelijkheid op dit dossier en nu is er één rechtsgeldige formule voor de berekening van huurkorting. Dat geeft houvast aan ondernemers die worstelen met de huur van hun bedrijfspand door de coronamaatregelen en die perioden geen of een verminderde omzet hebben gedraaid vanwege de coronamaatregelen.'
Hulp bij proces
Om ondernemers te helpen heeft het Legal Tech Development team van ARAG een tool ontwikkeld waarmee ondernemers een start maken met het berekenen van de huurkorting waar ze recht op hebben. Van Luijk: “De Rechtcheck is praktisch opgezet met tips om ondernemers bij het proces te helpen.'