Geld wordt er niet meer verdiend, en toch blijven velen van hen coronamaatregel, na coronamaatregel, ondernemen. Caféhouders breidden in de eerste lockdown hun activiteiten uit met eten en werden restaurant, brasserie of burgerbar, maar toen alle horeca weer dicht moest, moest er wederom geschakeld worden. En dat werd weer gedaan om te blijven ondernemen in crisistijd.

Deze ondernemers verdienen een ode: voor veerkracht en ondernemerschap. Caféhouders verkopen nu kerstbomen of truien of zijn tijdelijk een slijterij, bierwinkel of snoepzaak geworden. Ondernemers verhuren zichzelf als verhuizer, medewerkers gaan aan de slag in de zorg of in de bouw. Ze organiseren online proeverijen of een muziekbingo, richten webwinkels in, worden VVV-kantoor of gaan fietsen verhuren. Ondernemers doen er alles aan om deze crisis te overleven.
Ondertussen wordt er bijna dag en nacht gestreden aan de onderhandelingstafel in Den Haag. KHN lobbyt zich suf in Den Haag voor meer perspectief en meer steun. Dat is een stroperig proces en leidt niet altijd tot het gewenste resultaat. Dat is frustrerend voor de bracheorganisatie en de horeca.
Antonio van den Hengel, lid van het landelijke KHN-bestuur en horecaondernemer, kan erover meepraten. Van den Hengel vecht niet alleen voor zijn eigen bedrijven in Soest; hij verdedigt ook de horeca-belangen van al zijn collega-ondernemers.
Iedereen in de horeca snapt dat er maatregelen nodig zijn om het virus weg te krijgen. Er moet alleen meer gefocust worden op wat er in deze tijd wél kan, in plaats van alle horeca maar voor onbepaalde tijd dicht te gooien. De horeca laat wederom creativiteit, ondernemerschap en veerkracht zien, maar hangt aan een zijden draadje. En er komt een moment dat het draadje knapt.
Marjon Prummel is hoofdredacteur van Misset Horeca.