Amsterdam trok de vergunningen in na een advies van het landelijk bureau Bibob. Dat controleert of ondernemers hun licentie mogelijk misbruiken voor criminele activiteiten. Volgens de gemeente waren de Thorbecke Bar en restaurant Baires dekmantels voor het witwassen van met met drugshandel verdiend geld.

De vader van de vrouwelijke exploitant werd in het verleden namelijk twee keer veroordeeld voor handel in verdovende middelen. Uit gegevens van de Criminele Inlichtingen Eenheid bleek bovendien dat hij zich daar sindsdien ook nog mee had beziggehouden. De man adviseerde zijn dochter en sloot geldleningen af voor de bedrijven.

De rechtbank oordeelde eerder dat er onvoldoende grond was voor de beschuldigingen. De veroordelingen waren te lang geleden en de gegevens van de CIE waren onvoldoende reden voor het intrekken van de vergunning. De Raad van State oordeelt nu echter dat Amsterdam de informatie van de CIE in combinatie met de eerdere veroordelingen wel had mogen gebruiken.

De twee horecazaken waren overigens al een tijdje gesloten. Inmiddels zijn in de panden andere horecagelegenheden geopend.